,

Hoe bomen planten

Geplanten boom

Hèt stappenplan voor de goede aanplant van bomen

Hoe creëer je de beste kansen voor de boom?

Een boom aanplanten is meer dan enkel een gat in de grond maken, de boom erin zetten, (eventueel nog bevestigen aan palen), putje terug dicht en gedaan. Helaas is het een manier die vaak wordt toegepast, waardoor er tot 50% uitval is van deze bomen.

Wil je de kansen van je boom opkrikken tot 99%? Dan moet je ervoor zorgen dat alle facetten van het planten goed worden ingevuld. Ik beschrijf hieronder een 14-delig stappenplan zodat je de aanplant goed en zelf kan doen.

Als je toch hulp zou nodig hebben bij de boomkeuze, aanplant of nazorg, dan kan je steeds op me rekenen.

1 Kies de juiste boom op de juiste plaats

Om de juiste boom te kiezen heb je wel wat basiskennis bomen nodig. Zowel de bodemstructuur, bodemsamenstelling, het gewenste eindbeeld, lichtinval, bladeren, groenblijvend,… zijn zaken waar je rekening moet mee houden.

EN de eerste belangrijkste stap is uiteraard een kwalitatieve boom. Koop deze bij een kwaliteitsvolle boomkwekerije niet zomaar in een winkel.

We kunnen je ook verder helpen in het bepalen van de boomkeuze, doe hier je aanvraag.
De aanplant kan je daarna ook gerust zelf doen indien je dit wenst.

Koop je boom bij een goede boomkwekerij. Niet zomaar bij om het even welke winkel.

2 De juiste planttijd

De juiste tijd is de tijd waarin de bomen in rust zijn. Dat wil zeggen

  • in het geval van bladverliezende bomen : op het moment dat de bomen op een natuurlijke manier hun bladeren hebben laten vallen (+ 2 weken) tot aan het moment dat de sapstroom in het voorjaar weer op gang komt.
  • Bij naaldhoudende bomen begint het plantseizoen eerder. Naaldbomen kunnen al vanaf half oktober geplant worden. Op dit moment is de temperatuur van de bodem nog hoog genoeg zodat de boom nog voor de winter haarwortels kan aanmaken. Op deze manier zal de plant minder stress ervaren. Een nadeel van een naaldboom is dat hij beter niet in het echte winterseizoen geplant wordt, op dit moment kan hij geen haarwortels aanmaken en zal hij het vocht uit zijn kluit willen halen. Het gevolg kan zijn dat ze zullen verdrogen. Dus best in het najaar (oktober) of voorjaar (maart).

Let wel, in het najaar het wel erg nat zijn, en onder natte omstandigheden werken, is niet ideaal voor de bodem. Hierdoor kunnen er problemen ontstaan in de groeiplaats. Wacht dan liever nog een beetje langer totdat het terug droger is.

Boomdokter plantset voor de aanplant van bomen met bevloeiingsysteem

3 Groeiplaats van de boom

De groeiplaats van een boom is de ruimte die de boom in de toekomst nodig heeft onder de grond om te kunnen wortelen en om in zijn behoefte te kunnen voorzien.

Een goede groeiplaats moet voldoen aan verschillende voorwaarden:

  • De bodem moet een goed poriënvolume hebben (ideaal 50% en minstens 30%). Dat wil zeggen dat de grond 50% bestaat uit vaste bestanddelen, mineralen en organische stof. De andere 50% (zorgt voor 30% water en 20% lucht). Indien je onder de 30% gaat, treedt er wortelsterfte op.
  • Het zuurstofpercentage van de bodem is 20-21% (en minstens 18%). Hoe lager dit procent, hoe sneller de boom zal afsterven. Een boom in een grond van bv. 10% zal het wat langer volhouden dan een boom in een grond van 5%. Maar uiteindelijk gaan ze allemaal dood (onder de 18%).
  • Het vochtgehalte van de bodem is tussen de 14 en 30%, afhankelijk van de grondslag van de standplaats. Onder de 14% zal een boom verwelken en boven de 30% zal het water de zuurstof in de grond belemmeren, waardoor de wortels zullen afsterven.
  • Het organische stofgehalte is gemiddeld 7% (min. 4 tot max 13%). De organische stof in de bodem is nodig zodat de boom aan zijn voedingsstoffen kan komen. Het bodemleven (alle diertjes in de grond) zetten de organische stoffen om in nutriënten die de boom dan makkelijk kan opnemen.

Om deze zaken te kunnen bepalen moet er een bodemstaal uitgevoerd worden. Bij elke aanplant voeren wij eerst een bodemstaal uit om te zien of er iets aan de grond verbeterd moet worden. En dan kom ik ook te weten welke boom in deze grond het beste zal gedijen.

4 Het plantgat van de boom

Dit is dus letterlijk het gat waarin je de boom plant.

  • Het graven van het plantgat doe je best in gunstige weersomstandigheden. Dus niet als het erg nat is.
  • Indien het nodig is om een graafkraan te gebruiken, laat deze dan STEEDS op rijplaten rijden. Dit zijn harde platen die ervoor zorgen dat het gewicht van de machine over de volledige plaat verdeeld wordt. Hierdoor krijg je geen verdichting van de grond.
  • Zorg ervoor dat de wanden van het plantgat mooi los zijn, zodat de wortels goed naar de rest van de groeiplaats kunnen doorgroeien.
  • Meng goed verteerde aarde (Ferticure beplantingsaarde) door de bestaande aarde in het plantgat, meng alles goed los.
  • Graaf nooit dieper dan de hoogste grondwaterstand van de bodem. Wanneer er organisch materiaal in het grondwater verwerkt wordt zal er een gisting optreden waardoor er zuurstofgebrek in de bodem ontstaat. Hetzelfde zal ook gebeuren als de kluit gedeeltelijk in het water geplant wordt.
  • Hoe groter het plantgat, hoe beter voor de boom.
  • Graaf het plantgat niet te diep. Het is een vaak voorkomende fout weet ik uit ervaring. Het is belangrijk dat de boom niet dieper komt te staan dan op zijn vorige plaats (bv. De kwekerij). Dit kan je zien door de verkleuring op de stam en de uitloop van de wortelhals. De wortelhals moet ten allen tijde goed zichtbaar zijn.

5 De correcte bemesting

Als je een kwalitatief goede grond hebt, met voldoende organisch materiaal en bodemleven, hoef je niets extra aan de bodem toe te voegen. Het gebruik van beplantingsaarde vermengt met de bestaande grond in de plantput is steeds een goede manier om de boom een goede eerste start te geven.

Indien je gebruik zou maken van meststoffen (wat meestal niet nodig is), gebruik dan meststoffen op organische basis. Op deze manier wordt het bodemleven niet negatief beïnvloed.

6 Het planten van de boom

Zorg voor een goede planning, zodat de boom direct na het transport geplant kan worden. Op deze manier kunnen de wortels niet uitdrogen. Hou natuurlijk wel rekening met de weersomstandigheden, als een plantgat vol met water staat, zal dit water eerst verwijdert moeten worden. Je zal dan ook (indien het gat vol met water staat) de wanden en de onderkant terug moeten breken, zodat er een goede drainage is. Plant dus bij voorkeur niet bij nat weer. Als je plantput vol met water staat voor de start, wil dit meestal zeggen dat de bodem niet voldoende poriënvolume heeft en dus te veel vaste grond heeft.
Dan is er veel kans dat je boom niet zal floreren.

Bomen op blote wortel (klein formaat), kan je makkelijk hanteren met de hand. Bomen op kluit (grotere bomen), zijn soms moeilijk met de hand te hanteren en worden met bv. Een kraan gehesen. Zorg er wel voor dat de schors te allen tijde in takt blijft. De boom kan hierdoor afsterven.

Bomen met kluit worden meestal verpakt met jute of acrylgaas.

  • De jute laat je gewoon zitten, dit verteerd van zelf. Je haalt het er best niet af, omdat de kluit anders kan open vallen en hierdoor wortels beschadigen.
  • Wanneer het echter gaat om kluitlappen op basis van acrylgaas, dan zal je deze toch moeten verwijderen, want dit verteerd niet.

De draadkorf, vraagt meer kennis. Het is te kort door de bocht om te zeggen dat hij steeds moet verwijderd worden, omdat er soms al veel mee gemanuvreerd is, laat je het soms beter zitten. Indien het gaat om een mooie, stevige kluit, kan je hem verwijderen. Dit vraag je best na bij de boomkwekerij. Let wel, je moet de draadkorf altijd losmaken van de stam.

Het verwijderen van de acrylgaas en/of de draadkorf, gebeurt steeds in de plantput als de boom in het gat staat. Op deze manier zorg je ervoor dat de kans kleiner is dat de kluit toch nog zou open vallen.

7 Het plaatsen van ondergrondse verankering bij de boom

Indien je kiest voor een ondergrondse verankering (wat meer en meer gebeurt, omdat het mooier oogt en handiger is dan de palen in de grond), kan dit als je een goede stevige, compacte kluit hebt.

Er bestaan verschillende merken van ondergrondse verankeringen. Wij werken steeds met Platipus omwille van de hoge kwaliteit die ze leveren. Er wordt gebruik gemaakt van ankermatjes, waardoor de kabel niet kan snijden in de wortelkluit. Op deze manier wordt er geen schade veroorzaakt aan de kluit EN blijft de verankering stevig op zijn plaats zitten.

Er zijn verschillende soorten ondergrondse verankering, de verschillende soorten vind je hier.
En als je er meer te weten wil komen over ondergrondse verankering kan je mijn artikel “kluitverankering of ondergrondse verankering van bomen” na lezen.

8 Het plaatsen van het beluchtingssysteem

De wortels van bomen hebben zuurstof nodig. Je kan de aangeplante boom een flink duwtje in de rug geven door een eenvoudige beluchtingsbuis te installeren. De buis installeer je op 20-30 cm van de bovenkant van de kluit. Een beluchtingsbuis is niet nodig als je mooie, losse grond hebt, zonder bodemcompactatie of andere druk.

Wat helaas in een gewone tuin niet meer zo vaak is. Een beluchtingsbuis kan nooit kwaad.

9 Het watergeefsysteem boven of ondergronds

  • Ondergronds: Ik zie helaas vaak dat mensen water geven langs de beluchtingsbuis, dit is een heel slecht idee, omdat je via de buis dan uiteraard geen zuurstof geeft aan de wortels van de boom.
    Een ondergronds watergeefsysteem is sterk aan te raden bij de aanplant van de boom zeker in deze droge zomers. Het is een bevloeiingsmat die rond de kluit wordt aangebracht ongeveer 10 cm onder de beluchtingsbuis. Het systeem heeft een buis dat boven de grond komt en waar je eenvoudig je tuinslang kan inplaatsen. Op deze manier geef je gericht water en zorg je ervoor dat het water echt komt waar het moet zijn. (zie foto hieronder)
  • Je kan ook kiezen om een gietrand te plaatsen op de aarde. Op deze manier spoelt het gegeven water niet weg en kan het traag in de grond indringen. Je kan dit doen met kunststofranden of met een aardenwal.

10 Dichtgooien van de plantput

Als de put opgevuld is met de aarde, kan je de kluit van bovenuit water geven. Op deze manier zorg je ervoor dat de aarde goed tegen de kluit aanligt en er geen holle ruimtes ontstaan. Als je voor het aanvullen van de grond een nieuwe grond gebruikt, kies je best voor een mengeling van bestaande aarde met bodemverbeteringsmiddel. Gebruik nooit zuivere compost.
OPGELET: de bovenkant van de kluit mag niet lager zitten dan de aarde van de omgeving. Je mag dus geen laag verse grond bovenop de kluit gooien. De boom mag NIET te diep geplant worden.

11 Bovengrondse verankering

Als je kiest voor de bovengrondse verankering ga je deze nu installeren. Net aangeplante bomen worden verankerd omdat ze niet zouden omwaaien. Vergeet ze niet na 2 zomers terug weg te halen. Een goede kwaliteit van kastanjepalen gaat zeker 2 jaar mee.
Ik raad enkel aan om de bomen te verankeren met kniepaaltjes, niet met een hogere bovengrondse verankering. In mijn artikel: “Hoe succesvol bomen planten” lees je meer over hoe je de paaltjes het best zet.

12 Stambescherming tegen wraat van konijnen, schapen en andere dieren

In sommige tuinen en weides is het aan te raden om een stambescherming rond de boom te doen. Dit om wraat van bepaalde dieren tegen te gaan. De stambescherming is eenvoudig aan te brengen door de kunststofrol open te rekken en om de stam heen te schuiven.

13 Beschermen van de stam tegen zonnebrand

Bij de aanplant van de boom raden we soms aan om de stam in te pakken tegen zonnebrand. Omdat de boom minder water in de kroon krijgt, heeft ook de stam hier last van. Het watertransport in de stam van de boom, beschermt de boom tegen oververhitting. Het koelt als het ware de boom en beschermt zichzelf op deze manier.

Bovendien is de boom vaak anders zon-gericht dan in de kwekerij waardoor de zon op een andere plaats warmte geeft op de stam. Enkel bij Linde en Beuk raad ik aan om deze in te pakken met jute. Voor andere bomen is dit niet nodig.

De jute is eenvoudig rond de boom te wikkelen. De jute verteert vanzelf, je hoeft er dus niet meer naar om te kijken.

14 Nazorg bij geplante bomen

Zorg er best voor dat de boom gedurende de eerste 3 jaar voldoende water krijgt. Na de 3 eerste jaren, kan de boom eigenlijk alleen verder als hij uiteraard een goede bodem heeft. Je geeft je boom best 1 x / week water en niet iedere dag, op deze manier stimuleer je de boom om met zijn wortels op zoek te gaan naar water.

Hierbij geef ik je een indicatie over hoeveel water je best geeft aan je boom. Je ziet dat je voor de ondergrondse watergift maar de helft van het water nodig hebt.

Boomgrootte Bovengrondse bewatering Ondergrondse bewatering
Maat 10-12 tem 14-16 150 l /week 75 l/week
Maat 20-25 tem 40-45 250 l/week 125 l/week
Maat 50-60 tem 80-90 400 l/week 200l/week

Wat uiteraard ook belangrijk is:  monitor de nieuwe boom ook om te zien of hij goed aanpakt of geen andere zorgen nodig heeft. Hier geef ik op een rijtje de zaken waar je zelf kan op letten:

  • Blad: hoe is de grootte, kleur, voldoende bladeren?
  • Hoe is de knopontwikkeling? Zijn er voldoende knoppen, zijn ze voldoende dik en stevig?
  • Zijn de nieuw gevormde scheuten lang genoeg?
  • Zit de boom goed geworteld als je de verankering weghaalt?
  • Heeft hij een stevige stam?
  • Is er last van aantastingen?

Als je twijfelt over één van bovenstaande zaken, of je wil je bomen zoweizo laten controleren, dan kom ik graag bij je langs om deze te onderzoeken. Vraag hier je offerte aan.